OVER MIJ
Jeugdjaren
Als klein mannetje tekende en knutselde ik vaak. Ik tekende voornamelijk stripfiguren, want ik was gek op strips en tekenfilms. Knutselen beperkte zich voornamelijk tot knip-en plakwerk met gekleurd papier of schaalmodellen maken.
Mijn fascinatie voor dingen maken, komt deels door mijn opa. Hij maakte schaalmodellen van hout en schilderde en tekende veel. Hij heeft me geleerd om aquarellen te maken op mijn zevende. Als mensen vroegen: "Wat wil je later worden?", dan antwoordde ik: "Architect". Ik had geen idee wat een architect precies deed, maar hij tekende in ieder geval veel en maakte dingen, dus dat was een plus voor mij. |
Bouwkunde
Jaren later moest ik in het examenjaar van de middelbare school een vervolgstudie kiezen. Bouwkunde was een vanzelfsprekende optie en daar koos ik dan ook voor. Ik ging naar de Technische Universiteit in Delft. Het eerste jaar viel vies tegen en ik heb overwogen om te stoppen. Het vak dat me er het eerste jaar doorheen bracht, was "Vormstudie". In dit vak krijg je een simpel thema of een bepaald materiaal en dan moet je daar een ontwerp van maken. Eigenlijk waren het meer sculpturen, dan ontwerpen. Het daadwerkelijk met de handen bezig zijn sprak me erg aan.
Door de studiejaren heen had ik grote moeite met de theoretische vakken door gebrek aan motivatie/interesse en door de afwezigheid van een juiste werkattitude. Het viel me ook op dat de mensen die wel de motivatie hadden met een grote passie over architectuur praatten. Ik had dat totaal niet.
De ontwerpprojecten waren in het eerste anderhalf jaar ook een uitdaging, maar daarna kreeg ik de smaak te pakken. Voornamelijk maquettes bouwen, als ontwerpmiddel of als presentatiemiddel, gaf mij veel plezier. Tijdens het bouwen ervoer ik een flow, oftewel een heerlijk gevoel van leven in het nu.
Één van de hoogtepunten was het groepsproject in het derde jaar. Met die groep hebben we de prijsvraag gewonnen. We waren de beste van dat jaar. Het was ook een verademing om te ervaren dat samenwerking heel leuk en productief kan zijn. We hebben ook veel maquettes gemaakt.
Andere hoogtepunten waren de rMIT-projecten in de Bachelor en Master en het 'Van Gezel tot Meester'-project. rMIT is een stroming in de architectuur die zich bezighoudt met hergebruik, transformatie en restauratie van bestaande gebouwen. Heel duurzaam dus. Ik heb met veel plezier aan deze ontwerpprojecten deelgenomen. Bij het 'Van Gezel tot Meester'-project stond de didactiek centraal. We gingen stage lopen bij een docent die lesgaf aan eerstejaarsstudenten. Heel leerzaam en ook een eye-opener. Ik kwam er achter dat kennis overdragen en mensen helpen ontzettend veel plezier geeft. Ik heb nog een aantal maal als studentmentor eerstejaarsstudenten begeleid tijdens hun ontwerpproject. Dat was erg leuk om te doen en ook heel leerzaam voor mezelf.
Uiteindelijk heb ik mijn Bachelor of Science behaald, maar ben ik om een aantal redenen tijdens mijn Master gestopt met Bouwkunde. Door stress, ziekte en het ontbreken van een intrinsieke motivatie ben ik gestopt. Waarom ik het wel zo lang heb volgehouden, komt onder andere doordat ontwerpen heel leuk is om te doen.
Door de studiejaren heen had ik grote moeite met de theoretische vakken door gebrek aan motivatie/interesse en door de afwezigheid van een juiste werkattitude. Het viel me ook op dat de mensen die wel de motivatie hadden met een grote passie over architectuur praatten. Ik had dat totaal niet.
De ontwerpprojecten waren in het eerste anderhalf jaar ook een uitdaging, maar daarna kreeg ik de smaak te pakken. Voornamelijk maquettes bouwen, als ontwerpmiddel of als presentatiemiddel, gaf mij veel plezier. Tijdens het bouwen ervoer ik een flow, oftewel een heerlijk gevoel van leven in het nu.
Één van de hoogtepunten was het groepsproject in het derde jaar. Met die groep hebben we de prijsvraag gewonnen. We waren de beste van dat jaar. Het was ook een verademing om te ervaren dat samenwerking heel leuk en productief kan zijn. We hebben ook veel maquettes gemaakt.
Andere hoogtepunten waren de rMIT-projecten in de Bachelor en Master en het 'Van Gezel tot Meester'-project. rMIT is een stroming in de architectuur die zich bezighoudt met hergebruik, transformatie en restauratie van bestaande gebouwen. Heel duurzaam dus. Ik heb met veel plezier aan deze ontwerpprojecten deelgenomen. Bij het 'Van Gezel tot Meester'-project stond de didactiek centraal. We gingen stage lopen bij een docent die lesgaf aan eerstejaarsstudenten. Heel leerzaam en ook een eye-opener. Ik kwam er achter dat kennis overdragen en mensen helpen ontzettend veel plezier geeft. Ik heb nog een aantal maal als studentmentor eerstejaarsstudenten begeleid tijdens hun ontwerpproject. Dat was erg leuk om te doen en ook heel leerzaam voor mezelf.
Uiteindelijk heb ik mijn Bachelor of Science behaald, maar ben ik om een aantal redenen tijdens mijn Master gestopt met Bouwkunde. Door stress, ziekte en het ontbreken van een intrinsieke motivatie ben ik gestopt. Waarom ik het wel zo lang heb volgehouden, komt onder andere doordat ontwerpen heel leuk is om te doen.
Post-studie
Inmiddels ben ik na een aantal jaren van stilstand weer aan het werk. Ik werk bij een bedrijf waar ik, samen met andere mensen, nieuwe producten maak van afval. Van plastic worden tegels gemaakt, van oude enveloppen boekjes, van pallethout nieuwe meubels, etc. Het is leuk om te doen, omdat de kleinschaligheid me me meer aanspreekt dan architectuur en omdat ik met mijn handen bezig ben. Ik zal op dit blog ook weleens een foto plaatsen van dingen die ik daar maak.
Ik geef tevens op mijn werk taalles aan vluchtelingen en migranten (inmiddels wat minder vaak). Zij moeten de Nederlandse taal leren voor hun inburgering en ik help ze met oefenen.
Oftewel ik kan drie behoeften vervullen bij dit werk: dingen maken, kennis overdragen en samenwerken met enthousiaste collega's. Toch geen architect geworden, maar wel een (product)ontwerper aka professioneel knutselaar. En dat vind ik helemaal niet erg.
Ik geef tevens op mijn werk taalles aan vluchtelingen en migranten (inmiddels wat minder vaak). Zij moeten de Nederlandse taal leren voor hun inburgering en ik help ze met oefenen.
Oftewel ik kan drie behoeften vervullen bij dit werk: dingen maken, kennis overdragen en samenwerken met enthousiaste collega's. Toch geen architect geworden, maar wel een (product)ontwerper aka professioneel knutselaar. En dat vind ik helemaal niet erg.